Precise and Wise

Gepubliceerde uitspraken

HomeGepubliceerde uitspraken

Gepubliceerde uitspraken

Precise and Wise Juristen is actief in procedures bij alle rechtbanken in Nederland. Iedere rechtbank behandelt zaken binnen diverse rechtsgebieden. Ter illustratie van onze behaalde resultaten en om u inzicht te geven in de gang van zaken binnen een gerechtelijke procedure, hebben wij hieronder een selectie opgenomen van uitspraken waarin cliënten van Precise and Wise Juristen met succes zijn bijgestaan. Deze uitspraken zijn openbaar gepubliceerd op rechtspraak.nl.

Verklaring voor recht dat huurovereenkomst o.b.v. leegstandswet rechtsgeldig is geëindigd

Verklaring voor recht dat huurovereenkomst o.b.v. leegstandswet rechtsgeldig is geëindigd


Op 24 november 2022 oordeelde de rechtbank Oost-Brabant dat de tijdelijke huurovereenkomst op grond van de Leegstandwet rechtsgeldig is opgezegd. De huurders verbleven nadien zonder recht of titel in het gehuurde, zodat ontruiming kon worden toegewezen.

Ontbinding consumentenkoop

Ontbinding koopovereenkomst wegens te late levering duofiets

De rechtbank Amsterdam oordeelde dat een consument de koop van een duofiets terecht had ontbonden, omdat de verkoper na ruim dertien maanden nog niet had geleverd. De leverancier kon zich niet beroepen op overmacht. De verkoper moest het volledige aankoopbedrag en de buitengerechtelijke kosten terugbetalen.

Opzegging tijdelijke huurovereenkomst leegstandwet. Geen mondelinge wijziging in huurovereenkomst

Opzegging tijdelijke huurovereenkomst Leegstandwet

De rechtbank Oost-Brabant oordeelde dat partijen een tijdelijke huurovereenkomst op basis van de Leegstandwet waren overeengekomen. De huurder stelde dat sprake was van een mondelinge huurovereenkomst voor onbepaalde tijd, maar moest daarvan tegenbewijs leveren. De zaak werd aangehouden voor bewijslevering.

Analoge toepassing art. 7:267 lid 7 BW bij gezamenlijke huur

De rechtbank Noord-Holland bepaalde dat één van de ex-partners de gezamenlijke huur van de woning niet langer hoeft voort te zetten. Het huurrecht komt uitsluitend toe aan de achterblijvende huurder. De rechtbank paste artikel 7:267 BW analoog toe en compenseerde de proceskosten, omdat het geschil voortvloeide uit de beëindiging van de relatie.

Aannemer bepaalt hoe gebreken worden hersteld

Op 29 juni 2022 oordeelde de rechtbank dat de opdrachtgever geen voorwaarden mag stellen aan het herstel van gebreken door de aannemer. Volgens art. 7:759 BW is het aan de aannemer om te bepalen hoe herstel plaatsvindt, zolang dit deugdelijk gebeurt. Omdat de opdrachtgever de aannemer niet de kans gaf zelf te herstellen, verkeerde de aannemer niet in verzuim. De kosten van herstel door een derde werden afgewezen.

Burengeschil over beschadigde taxushaag

Op 9 februari 2022 oordeelde de rechtbank dat het zonder toestemming snoeien van de taxushaag van de buurman een onrechtmatige daad vormt. De gedaagde moest € 3.042,15 schadevergoeding betalen voor het vervangen van de beschadigde haag.
De tegenvordering tot verwijdering van de haag wegens hinder of plaatsing binnen 50 cm van de erfgrens werd afgewezen, omdat de lokale APV dit toestond en hinder niet was aangetoond.

Gepubliceerde uitspraken

Absolute bevoegdheid kantonrechter

Op 17 november 2021 oordeelde de kantonrechter dat hij bevoegd is om kennis te nemen van een civiele vordering inzake een burengeschil over een stuk grond. Hoewel gedaagden stelden dat de zaak meer dan € 25.000 waard zou zijn, stelde de kantonrechter vast dat de waarde van de grond en schadevergoeding samen slechts € 3.304,30 bedroeg. Daarmee was sprake van een duidelijke aanwijzing dat de vordering onder de bevoegdheidsgrens van artikel 93 Rv valt.

Burengeschil – verwijderde taxushaag

Buren gaven toestemming voor verwijdering van een mandelige taxushaag, maar verschilden over de soort nieuwe haag. De rechter oordeelde dat een taxushaag moest worden teruggeplaatst en veroordeelde gedaagde tot betaling van de helft van de vervangingskosten (€ 1.656). Beukenhaag moet worden verplaatst als eiser binnen drie maanden een nieuwe taxushaag plaatst.

Onvoldoende bewijs van schade – borg moet volledig worden terugbetaald

De verhuurder hield € 950,- in van de borg wegens vermeende schade aan de huurwoning. De rechtbank oordeelde dat geen bewijs was geleverd van gebreken of herstelkosten: er waren geen foto’s, geen beginstaat en het eindrapport vermeldde geen schade. De verhuurder mocht daarom niet verrekenen. De volledige borg, rente en incassokosten werden toegewezen.

Verkoop muurvocht-unit – verkoper schendt afspraak over terugname

Een koper had bij een bedrijf een apparaat gekocht met garantie op 35% vochtreductie. In 2020 spraken partijen af dat de verkoper de unit zou terugnemen als na zes maanden geen verbetering optrad. De verkoper kwam die afspraak niet na en weigerde controle uit te voeren. De rechtbank oordeelde dat de verkoper de toezegging moest nakomen en veroordeelde hem tot terugbetaling van de volledige koopprijs van € 3.150, plus rente en proceskosten.

Schorsing woningontruiming wegens toeslagenaffaire

Een huurster, getroffen door de kinderopvangtoeslagaffaire, werd in een verstekvonnis veroordeeld tot ontruiming wegens huurachterstand. Nadat zij € 30.000 compensatie van de Belastingdienst ontving en haar huurachterstand inliep, beriep zij zich op de wettelijke afkoelingsperiode van artikel 49i Awir. De kantonrechter oordeelde dat de verhuurder de woning niet mag ontruimen zolang de huurster tijdig blijft betalen. De executie van het vonnis werd daarom geschorst tot 12 februari 2022.

Persoonlijke aansprakelijkheid bij handelen onder niet-geregistreerde handelsnaam

In deze zaak had een organisator van het evenement verzet ingesteld tegen een vonnis waarin hij was veroordeeld tot terugbetaling van inschrijfgeld (€ 3.150). Hij stelde dat niet hij, maar een stichting contractspartij was. De kantonrechter oordeelde dat onvoldoende duidelijk was dat de stichting de overeenkomst had gesloten. Daarom mocht de wederpartij aannemen dat zij zaken deed met hemzelf.

Eigendom haag en verwijdering betimmering bij burengeschil

De Rechtbank Noord-Holland oordeelde dat de erfhaag volledig eigendom was van eiser en dat gedaagde onrechtmatig had gehandeld door deze zonder toestemming te snoeien. Gedaagde werd veroordeeld tot betaling van € 1.865,80 aan schadevergoeding. De betimmering die eiser aan de muur van gedaagde had bevestigd, vormde een inbreuk op diens eigendomsrecht en moest worden verwijderd.

Arbeidsovereenkomst eindigt na verlies zetel politieke partij


De rechtbank Noord-Nederland oordeelde dat de arbeidsovereenkomst van een beleidsmedewerker van politieke partij van rechtswege eindigde na het verlies van de partijzetel. Doorbetaling van loon betekende geen stilzwijgende verlenging. De loonvordering werd afgewezen.



Vordering tot ontbinding koopovereenkomst toegewezen in verband met teruggedraaide kilometerstand

Ontbinding koopovereenkomst wegens teruggedraaide kilometerstand

De rechtbank Limburg oordeelde dat de door eiser gekochte Citroën C5 niet aan de overeenkomst voldeed, omdat de kilometerstand was teruggedraaid. De koper had tijdig geklaagd, binnen twee maanden na ontdekking. De ontbinding werd toegewezen en de verkoper moest € 322,62 schadevergoeding en de proceskosten voldoen.

Veroordeling tot betaling koopprijs auto

De rechtbank Gelderland oordeelde dat een autobedrijf verplicht is de volledige overeengekomen koopprijs van € 4.000 te voldoen aan een particulier na een via een online platform gesloten verkoopovereenkomst. Het bedrijf weigerde afname vanwege oude, herstelde schade aan de auto. De kantonrechter besliste dat dergelijke schade niet hoeft te worden gemeld en dat een professionele koper het risico draagt van online biedingen zonder voorafgaande inspectie.

Auto voldeed niet aan koopovereenkomst – verkoper aansprakelijk voor herstelkosten

De rechtbank Midden-Nederland oordeelde dat een verkochte tweedehands Citroën gebreken vertoonde die niet op eenvoudige wijze te ontdekken waren en een gevaar voor de verkeersveiligheid opleverden. De auto beantwoordde daarom niet aan de overeenkomst. De verkoper werd veroordeeld tot betaling van € 3.432 aan herstelkosten (na aftrek van een eerdere bijdrage). De koper had tijdig geklaagd en mocht de reparatie door een derde laten uitvoeren. De gevorderde ontbinding van de koop werd afgewezen omdat de verkoper zijn herstelplicht alsnog moest nakomen.

Contractuele clausule

Freelanceovereenkomst ontbonden wegens wanbetaling opdrachtgever

De rechtbank Oost-Brabant oordeelde dat een opdrachtgever tekort was geschoten in de nakoming van een freelanceovereenkomst door openstaande facturen niet te voldoen. De opdrachtnemer mocht zijn werkzaamheden opschorten en ontbinding van de overeenkomst vorderen. De opdrachtgever moest ruim € 3.700 aan achterstallige betalingen en € 600 schadevergoeding voldoen. De tegenvorderingen van de opdrachtgever, waaronder een boeteclaim, werden afgewezen.